Vertaal
Naar andere talen: • vivir en > ENvivir en > FRvivir en > NL
Vertalingen vivir en ES>DE
vivir en (ww.) bewohnen (ww.) ; residieren (ww.)
vivir en wohnen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vivir en`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: habitar
ES: ocupar
ES: residir